- Voortgekomen uit de inspiratie van de Meesters van Liefde en Wijsheid.
- Voortgestuwd door de wil en intelligentie.
- Voortbrengend de lering der kennis van de eigen ziel, de zoon Gods, in ieder mens aanwezig.
- Erkenning van het eigen diepere Zelf, de ziel, door acceptatie van het goddelijke aspect in ieder mens.
- Herkenning van de eigen goddelijke immanentie, opdat er herkenning van deze goddelijke immanentie in ieder mens kan plaats vinden.
- Erkenning van de vrije wil van de mens.
- Het ontwikkelen van de vrije wil door zelfkennis en begrip van het eigen wezen, opdat er geestelijke groei kan plaats vinden.
- Begrip dat geestelijke groei zal leiden tot integratie van de ziel, de immanente God, in de menselijke persoonlijkheid.
- Bewustwording dat door acceptatie van de macht van de eigen vrije wil transformatie van de menselijke persoonlijkheid kan plaats vinden.
- Veredeling van de menselijke persoonlijkheid, door het richten van de vrije wil op transformatie van de eigen beperkingen.
- Veredeling van de menselijke persoonlijkheid, plaatsvindend in gradaties van niveaus tot integratie van de ziel in de menselijke persoonlijkheid.
- Integratie van de ziel, in gradaties van niveau, in de menselijke persoonlijkheid, bepaalt ook in gradaties van niveaus de herkenning van de immanentie Gods in de menselijke persoonlijkheid.
© Zohra Noach